-
1 the digestive tract
-
2 tract
n. uitgestrektheid, streek; (spijsverterings)kanaal, (urine)wegen; traktaatje, verhandeling[ trækt]1 uitgestrekt gebied ⇒ uitgestrektheid, landstreek♦voorbeelden: -
3 alimentary canal
n. (Anatomie) spijsverteringskanaal, inwendige organen waardoor het voedsel wordt getransporteerd en waar een uitlevering plaatsvindt van voedingsstoffen en afvalproducten -
4 digestive system
verteringsstelsel (lichaamsorganen welke bijdragen tot het spijsverteringsproces)spijsverteringskanaal/stelsel
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский